Emelten. Klinkt als een vergeten oud-Nederlands woord, maar nee hoor – het zijn die glibberige larven die je gazon opvreten alsof het een gratis buffet is. En geloof me, je gras vindt dat niet zo grappig. In dit artikel leg ik je stap voor stap uit hoe je deze brutale beestjes kunt verslaan én ervoor zorgt dat ze je tuin voortaan overslaan als lunchspot. Geen ingewikkeld gedoe, gewoon duidelijke tips met een vleugje humor. Want wie zegt dat tuinieren saai moet zijn?

Wat zijn emelten en waarom houden ze van je gazon?

Emelten zijn de larven van de langpootmug. Je weet wel, die onhandige muggen die eruitzien alsof ze met hun pootjes overal blijven haken. Hun baby’s, de emelten dus, zijn minder onschuldig. Ze zitten onder de grond en smikkelen daar aan je graswortels alsof ze voor een Michelinster gaan. Het gevolg? Kale plekken, dode sprieten, en een gazon dat eruitziet alsof er een varkentje doorheen is gerold.

Ze zijn vooral actief in het voorjaar en najaar. Je ziet ze zelf niet snel, maar je merkt wel dat je gras niet blij is. En als vogels als gekken beginnen te pikken in je tuin? Dan weet je: er zit wat lekkers onder. Emelten dus.

Zodra je weet dat ze er zitten, moet je in actie komen. Gelukkig is dat helemaal niet zo moeilijk. Sterker nog, ik ga je uitleggen hoe emelten bestrijden helemaal niet saai of lastig hoeft te zijn. Met een beetje hulp van moeder natuur en slimme timing kun je je tuin terugveroveren.

Zo pak je emelten aan zonder je tuin te verpesten

Tijd voor actie! Emelten aanpakken doe je het liefst op een manier die je gras spaart, maar die wel effect heeft. Enter: aaltjes. Deze minuscule wormpjes klinken misschien niet sexy, maar ze zijn wel je beste vrienden in de strijd tegen emelten. Ze dringen de larven binnen en maken daar van binnenuit korte metten mee. Klinkt eng, is het ook – voor de emelt dan.

Je bestelt aaltjes gewoon online en mengt ze met water. Vervolgens giet je dat spul over je gras. Let op: je moet het gazon goed vochtig houden, anders drogen de aaltjes uit en is je missie mislukt. Ze zijn net zo dorstig als jij op een zomerdag.

Gebruik deze methode vooral in het voorjaar of najaar. Dan zijn de emelten nog jong en kwetsbaar, en heb je het meeste succes. Bonus: aaltjes zijn veilig voor huisdieren, kinderen en alles wat niet op een larve lijkt. Geen chemisch circus dus, gewoon slim gebruikmaken van natuurlijke vijanden.

Zo voorkom je dat emelten terugkomen als ongenode gasten

Je hebt ze verslagen – high five! Maar dan komt het volgende hoofdstuk: voorkomen dat ze volgend jaar weer terugkeren alsof het hun jaarlijkse vakantieplek is. Gelukkig kun je met een paar slimme trucs je gazon minder aantrekkelijk maken voor de langpootmuggen die de ellende veroorzaken.

Zorg allereerst voor een gezonde grasmat. Goed bemest gras met stevige wortels is minder gevoelig voor vraatschade. Maai je gazon niet te kort en geef regelmatig water – maar niet te veel, want dan vinden ze het weer te gezellig. Emelten zijn dol op vochtige grond.

Daarnaast kun je in het najaar je gras verticuteren en beluchten. Daarmee haal je oude plantenresten weg en zorg je voor betere drainage. Langpootmuggen leggen hun eitjes namelijk graag in dichte, vochtige grasmatten. Maak het ze dus zo onaantrekkelijk mogelijk.

Wil je het helemaal professioneel aanpakken? Zet een vogelvriendelijke tuin op. Merels en spreeuwen lusten wel een emelt of twintig. Denk aan struiken, een drinkbakje en een beetje rust. Zo help je de natuur én je gazon tegelijk.

Tips en lifehacks voor een emeltvrije zomer

Tijd voor wat losse tips – want soms zit de kracht in de details. Wist je bijvoorbeeld dat je met een simpel nat laken ’s avonds emelten naar boven kunt lokken? Leg het neer, wacht tot de nacht invalt, en til het ’s ochtends op. Tadaa: een snackbordje voor de vogels.

Een andere tip: let op waar je composthoop staat. Te dicht bij je gazon? Dan is dat een all-you-can-eat voor langpootmuggenbaby’s. Verplaats hem naar een hoekje verderop, weg van het gras dat je wilt redden. En als je toch bezig bent: gooi geen rottend fruit in het gras – dat trekt ze ook aan.

Tot slot, denk aan preventieve inzet van aaltjes. Je hoeft niet te wachten tot de schade zichtbaar is. Als je weet dat ze vorig jaar op bezoek waren, kun je in het juiste seizoen al een behandeling starten. Zo ben je ze voor én houd je je tuin het hele jaar lekker groen.